dinsdag 9 september 2008

Moordend schema...

De laatste week intensief veldwerk en de eerste week echt in het lab... Het was wel een druk schema, maar opnieuw een geweldige week!

Dinsdagochtend zorg ik dat ik op tijd op de uni ben en zoek Mona op. Zij zou me wegwijs kunnen maken op het lab. Tot mijn irritatie blijkt dat niet helemaal zo te zijn en ze verwijst me weer door! Ik ben nu door Frank naar Roo verwezen, van Roo naar Frode, van Frode naar Mona, en van Mona naar Bjørn!! Pffffttt, begin het nou wel genoeg te vinden!
Maar ze zijn allemaal super vriendelijk en willen me echt wel helpen, dus ik overleg met Bjørn. Hij blijkt niet echt ervaring te hebben met de hormone assays die ik wil doen, dus hij vraagt me eerst de handleidingen bij hem te laten en dan morgen terug te komen, want nu kan hij me niet goed helpen. Ik zoek nog wat extra literatuur op over de verschillende methodes en protocollen voor deze hormone assays, regel nog wat papierwerk en ga dan naar huis.

’s Avonds hebben we een gezellige avond bij Kjetil. Zo gezellig dat Roo en ik pas weer tegen 3en naar huis gaan. Niet echt de planning, aangezien ik met ’s morgens vroeg met Bjørn heb afgesproken, maar ach... het was wel een leuke avond.

Het lukt me toch om netjes om 8.30 op het lab te zijn. Daar is Bjørn echter niet. Volgens de bordjes op zijn deur is hij wel in de uni vandaag, maar waar...? Ik vraag verschillende mensen op het lab, maar ze hebben geen idee. Ik regel ondertussen maar wat andere dingetjes, zoals alle benodigdheden voor het afnemen van bloed, en loop elk kwartier even langs Bjørn’s kantoor. Verdorie, na 1.5 uur wachten vind ik Bjørn dan eindelijk. Hij lijkt zich totaal niet bewust dat hij me heeft laten wachten en ik besluit er maar geen punt van te maken. De EIA (enzyme immunoassays) zijn nou redelijk duidelijk, maar de protocollen voor de EIA helaas nog niet. Ik laat Bjørn de artikelen zien die soortgelijke protocollen gebruiken en prompt neemt hij die over, kondigt aan dat hij die graag wil lezen en of ik om 14.00 terug kan komen. Hmm, we schieten niet echt hard op zo, maar ik ga akkoord. Ik duik achter een pc en ga op zoek naar informatie hoe je het beste bloed kan afnemen bij een bever. Geen literatuur over te vinden, maar ik zoek verder in andere knaagdieren.
Als ik Bjørn dan om 14.00 weer ontmoet, kunnen we eindelijk wat spijkers met koppen slaan. Als we besloten hebben welke protocollen ik gebruik en welke chemicalien ik nodig heb, gaat hij ermee accoord gaat me op weg te helpen. Ik wil graag gelijk concreet weten hoe, wat en wanneer. Bjørn wil echter eerst contact met Frank voordat we beginnen. Ohoh, ik zie de bui al hangen, want Frank is deze hele week niet op kantoor en werkt volledig voor het Schotse reintroductie project. Als we daar op moeten wachten gaat het nog wel even duren. Ik haak er gauw op in en zeg dat Roo meer mijn diecte begeleider is en dat hij wél aanwezig is!! Ik weet Bjørn om te praten en dus gaan we naar Roo. Daar kijken zowel Roo als Bjorn mij aan en voel ik me erg ongemakkelijk, want Roo weet allang wat ik wil doen en hoe, dus ik weet niet wat ik hem verder moet zeggen. Ik zeg dus niets en staar stug naar Bjørn terug, die het dan maar overneemt en Roo uitlegt wat we hebben besloten. Roo is verbaasd, maar maskeert het vrij goed en stemt serieus in met alles wat Bjorn vertelt. Blijkbaar is Bjørn daar tevreden mee en gaan we weer terug naar het lab. Als ik achter Bjørn de deur uit loop, haal ik mijn schouders op naar Roo die me met verbaasde blik lijkt te vragen waar dit nou over ging. Ik zal het hem later wel uitleggen. Bjørn komt nu eindelijk echt op gang. Het is echt een typische Noor uit de stereotypien. Stil, terughoudend, wat moeilijk contact mee te maken, maar als hij eenmaal de kat uit de boom heeft gekeken, komt hij los. Nu laat hij me zien wat ik nodig heb en checken we welke chemicalien ik nodig heb. Tegen 4en heb ik de belangrijkste info en ik besluit het daarbij te laten voor vandaag.

Thuis kan ik nog 2 uurtjes slapen en wat eten, voordat we met veldwerk gaan. Kjetil en Christian gaan deze keer mee. Christian bestuurt de boot, Roo is ‘trapper’, Kjetil ‘spotter’ en ik navigeer aan de hand van de radio apparatuur. Dat vind ik wel een leuke nieuwe taak, hoewel het zeker niet makkelijk is! Het radio signaal is afhankelijk van een hele hoop factoren en is dus niet altijd even makkelijk te interpreteren.
Het begint gelijk super. We spotten Jan Marc die ik met de radio had opgezocht en checken vanuit de boot of zijn tags allemaal goed zitten. Hij heeft als eerste bever nu ook een GPS op zijn rug zitten. Dit kan gewoon op de vacht geplakt worden, is dus veel minder invasief en GPS geeft uiteraard nog meer data, dus is helemaal ideaal. Het is wel een gek gezicht hoor, een bever met kleurige oormerken, een proximity logger op zijn staart en GPS op zijn rug! Hij is helemaal high tech! Maar hij lijkt er totaal geen last van te hebben en schiet snel en gemakkelijk door het water.
We varen verder richting het meer, een kant waar we normaal bijna nooit heen gaan. Dit territorium is echter vrij nieuw en we dachten dus Jan Marc én zijn vrouw Susan te hebben uitgerust met een proximity logger, maar Susan blijkt alleen maar op doortocht te zijn geweest. Dus nu geeft de proximity loggers van Jan Marc geen data over de sociale contacten binnen dat paar. We zoeken dus het vrouwtje wat dan wel met Jan Marc een paartje vormt. 

Rustig varen we langs de oever richting het meer. De oever slingert hier in baaien in en uit en in de 3e baai vinden we een bever! Christian manouvreert de boot er meteen heen, maar loopt vast op een ondiep stuk. De bever schiet het land op en wacht daar af. Roo springt uit de boot. Dan geeft het een grappige situatie. De bever wil terug naar het water, want daar voelen ze zich het veiligst, maar Roo staat precies in haar weg. Ze overweegt links erlang te gaan, overweegt rechts er langs te gaan. Ik zie haar kijken en Roo verplaatst zijn gewicht elke keer als haar lichaamshouding verandert. Het is net een tenniswedstrijd. We zijn allemaal doodstil en tot het uiterste gespannen om acuut te kunnen reageren. De bever overweegt haar opties nog een keer, loopt langzaam iets richting het water... het is verleidelijk om nu te willen handelen, maar Roo beheerst zich en wacht af. De bever loopt langzaam verder, neemt dan een beslissing en spurt opeens op volle snelheid het water in. Roo schiet naar voren, de motor brult als Christian de boot naar achter stuurt, en Roo slaat het net over de bever heen! Even checken, ja, het is echt raak! Ik grijp een touw, we binden het net dicht, tillen de bever in de boot en varen naar een vlakker stukje land op de oever. Wow, nog geen 15 minuten op het water en we hebben al een bever. Het blijkt Hanna-Sinnøve, een vrouwtje wat hier al eerder is gesignaleerd. Zij is hoofdverdachte nummer 1 als vrouw van Jan Marc, en zeker nu we haar hier opnieuw terug vinden, dus ze krijgt een proximity logger. Daarnaast wil ik een poging doen om bloed af te nemen. Ik heb helaas geen erg goede tips of methodes kunnen vinden in literatuur en de omstandigheden zijn ook niet erg ideaal. Roo blijkt moeite te hebben met naalden, dus kijkt snel een andere kant uit, Christian houdt voor het eerst de bever vast en maakt zich duidelijk zorgen dat de bever hem zou kunnen bijten en Kjetil blijft veilig op een afstandje staan. Van die kerels hoef ik dus niet veel hulp te verwachten verder hahaha! Ik probeer eerst de staart basis. Ik weet dat daar een bloedvat dicht bij de wervelkolom loopt. Ik had verwacht de wervelkolom te kunnen voelen en daar dus vlak naast te prikken, echter door de dikke laag vet, spieren en dubbele vacht voel ik helemaal niets!! Oei, op de gok prikken durf ik ook niet, want als ik de wervelkolom raak kan ik in het slechtste geval haar staart verlammen en dat is toch echt niet de bedoeling. Ik probeer het wat lager en weet wel wat bloed te krijgen uit het rete mirabilis daar (netwerk van capillair vaatjes die een counter current systeem hebben om het warmteverlies door de staart te minimaliseren), maar dat zijn veel te kleine hoeveelheden. Ik besluit een poging te doen met de achterpoot dan. Op zoek naar de grote bloedvaten die daar moeten lopen, maar in die dikke vacht, in het donker en half in een juten zak werkend, terwijl Christian benauwde geluidjes maakt omdat de bever onder hem beweegt, is het geen beginnen aan. Ik prik een bloedvat aan op de voet, waar weinig vacht meer groeit, maar ook dat geen bij lange na niet genoeg bloed. Verontschuldigend zeg ik tegen de bever dat ik het ook niet kan helpen dat zij mijn proefkonijn is. Proefkonijn is ‘guinea pig’ in het engels, en verontwaardigd antwoordt Roo voor de bever; “Guinea pig??? I beg you pardon?? I’m the second largest rodent of the world!”. Lachend besluit ik het hier maar even bij te laten en we brengen Hanna-Sinnøve weer naar het water waar ze er gauw vandoor gaat. 

Roo , Christian en Kjetil wisselen nu van plek en taak; Roo is driver, Kjetil trapper en Christian spotter. Ik blijf navigator met de radio apparatuur. Het wordt een nacht vol actie. De radio apparatuur zorgt ervoor dat we veel sneller de bevers vinden. We vinden in totaal zo’n 12 bevers, doen verschillende achtervolgen en Kjetil krijgt 6 kansen om een bever te vangen. De eerste keren is hij te snel en handelt al als we nog in diep water zijn. Dat levert hem bijna een nat pak op, doordat hij al springt terwijl het water tot boven zijn middel komt. 
Als we twee bevers totaal niet kunnen vinden in hun territorium vermoeden we dat ze in een aftakking van de rivier zitten. De boot kan daar niet komen, dus ga ik te voet die kant op. Met de radio ontvanger probeer ik te ontdekken of de bevers hier zijn en of ik ze misschien richting de rivier kan jagen. Het is pikkedonker en ik klauter langs de steile oever van de rivier door het struikgewas. Het gaat moeizaam en ik kom langzaam vooruit, maar het gaat. Totdat ik opeens een stuk wegzak en bijna slip en de rivier in glijd. Ik grijp me nog net op tijd vast en weet overeind te blijven. Oei, verradelijk hier. Ik ga voorzichtig verder, maar doordat de planten over de paadjes heenhangen die de bevers uitslijten van de rivier naar het bos kan ik niet goed zien waar de vaste grond is. Ik vind de bevers en weet ze richting de hoofdrivier te sturen, maar als ik dan terugloop val ik toch in één van de uitgesleten paadjes en voel daarbij mijn knieschijf van zijn plek schieten. Auuuwww, als ik de grond raak, schiet de knieschijf weer terug op zijn plek, maar ik voel de binnenband van mijn knie flink! Eventjes wachten tot de pijn zakt en dan klauter ik terug richting de hoofdrivier. De bevers zijn onderweg in een schuilplaats gedoken en zijn dus onbereikbaar, dus ik laat ze verder en ga terug naar de boot. Helaas missie niet geslaagd en een pijnlijke knie als resultaat.

De nacht is helder en koud. In elkaar gedoken zit ik in de boot terwijl we Bråfjorden op varen als Kjetil opeens wijst en uitroept ‘Look!!!’. Ik volg zijn vinger en zie de heldere hemel met daarin een grote heldere boog licht met daaruit verschillende groene strepen naar boven. Aurora Borealis!!! Het Noorderlicht!!! Wooooowww!!! Ik weet Roo te overtuigen de boot naar de kant te varen, alle bevers even te vergeten en hier optimaal van te genieten. Roo heeft zijn fotocamera mee en is dus wel te overtuigen dat hij hier foto’s van moet maken. Terwijl Roo en Christian de kant op gaan om foto’s te maken, staan Kjetil en ik in het water en kijken uit over het meer met de donkere contouren van de heuvels erachter en daarboven het licht spektakel van de Aurora Borealis. Het is ontzettend indrukwekkend en een heel speciaal moment. Het licht begint weer wat te vervagen en Roo is klaar met fotograferen, dus we gaan verder.

 We vinden niet veel later Leslie en Kjetil weet haar te vangen. Mooi zo!! Hierna komt de mist echt op zetten en verder trappen zit er niet echt in. Toch geeft Roo niet echt op en we gaan alle territoria nog een langs om te checken waar de bevers zijn en te proberen ze te vangen. We vinden ze wel, doen zelfs nog een paar pogingen om te vangen, maar de bevers verdwijnen acuut in de mist. Als het ietsje opklaart, zien we opnieuw het noorderlicht een keer. We dobberen even rustig op de rivier en genieten van de kleuren. Nu zijn we nog steeds een flink eind van de haven web en Kjetil moet eigenlijk om 7 uur op de uni zijn om vanuit daar te vertrekken voor een excursie van 4 dagen in de bergen. We haasten ons terug en onderweg komt de zon op. Het zonlicht op de mist boven de rivier geeft een schitterend schouwspel! Wat een nacht. Ondanks de haast, kunnen Roo en ik het niet laten om toch even te stoppen en foto’s te maken. 

Iets later zien we ook nog eens een jonge nerts. Het is nu echt al licht en de mist trekt op. 


We gaan dan echt full speed terug en Kjetil en Christian gaan gelijk door naar de uni. Roo en ik laden de boot uit, ruimen op en brengen alles terug naar de uni. Om half 8 ben ik thuis, waar de mooie roze lucht heeft plaats gemaakt voor een gewonere, maar zeker ook mooie wolkenlucht!


Oei, dat is toch wel wat later dan ik had gehoopt. Nu ik eindelijk alle benodigdheden in het lab heb, wil ik wel aan de gang. Ik slaap dus 1,5 uur en sta om 9.30 in het lab. Niet eens moe eigenlijk. Ik begin aan de uitdaging om een onbekend protocol in een onbekend lab uit te voeren zonder echte begeleiding. Ik loop tegen allerlei praktische probleempjes aan. Delen van het lab die op slot zitten, geen mogelijkheid tot printen van de protocollen, geen glaswerk wat geschikt is voor het vortexen en contrifugeren en dan kom ik op het punt waar ik alle samples 30 minuten zou moeten vortexen. Oei, normaal hou je het reageerbuisje met de hand op een vortexer gedrukt, maar om dat nou 30 minuten per sample te doen voor 12 samples..... Nee, dat is geen optie. Maar als ik vraag om een alternatief, wordt er toch wel moeilijk gekeken. Uiteindelijk vind ik een oplossing, maar daar moet ik toch weer ander glaswerk voor hebben. Ook het gebruik van methanol en diethylether maken het niet makkelijker, want dat zit ook allemaal achter slot en grendel. Het kost me de hele dag om alles uit te vinden en mensen te vinden die me kunnen helpen met alle losse probleempjes. Tot 4 uur werk ik non stop en dan voel ik me toch wel iets licht in mijn hoofd. Of het nou de dampen van de dieethyl ether zijn of het tekort aan slaap, maar in ieder geval is het tijd om te stoppen. De eerste extractie is voltooid en als ik terug loop om te vragen waar ik het kan opslaan, zijn alle lampen uit en alle deuren weer op slot. Nou jaaaa, blijkbaar vonden ze het tijd om naar huis te gaan. Hup, lichten weer aan, ik vind een koelkast voor mijn samples en ruim alle geleende spullen weer netjes op. Dan gauw Roo opzoeken om een tijd voor vanavond af te spreken, wat boodschapjes doen en mails beantwoorden en dan gauw 1,5 uur slapen. Ik word wakker, heb nog een uurtje om rustig wat te eten en mijn spulletjes te pakken en dan vertrekken we weer voor een nachtje veldwerk in Patmos!

Eerst even snel langs Tommy’s territorium om te zien of we hem kunnen vinden. Helaas krijgen we geen signaal, dus varen we snel door, want Christian wacht ons halverwege op. Zo kunnen we hem halverwege de nacht makkelijk afzetten en zelf nog wat langer doorgaan. Met Roo als driver, Christian als trapper en ik als navigator, gaan we op pad. Al snel hebben we succes en in de komende paar uur vangen we zowel Laurits, Ola By en als grote verrassing Andreas. Laurits en Ola By waren doelen van vanavond en ik kon ze opspeuren met de radio. Andreas’ proximity logger zit er echter al vanaf juli in, maar is kapot gegaan om de batterijen waren leeg, want hij gaf geen signaal meer, dus hebben we hem vorige maanden niet terug gevonden om de proximity logger eraf te halen. Nu kwamen we hem dus toevallig tegen en wisten hem te vangen. Dat is dus mooi wat onverwachte extra data!! Als Christian Andreas vangt zitten we in een sneller stromend deel van de rivier. Roo blijft in de boot om hem tegen de stroom in te houden en ik spring de rivier in om Christiand te helpen. Andreas vecht als een gek, probeert onder het net uit te graven, worstelt en draait. Christian houdt het net stevig tegen de grond, terwijl ik onder water worstel om de bever verder in het net te krijgen en het te kunnen dichtbinden. Ondertussen probeer ik mijn kleren niet nat te laten worden, want er is niets zo erg als volgezogen natte kleren in een koude nacht als je nog een aantal uur stil moet zitten! Het lukt uiteindelijk en als we hem eenmaal op de kant hebben en in een zak hebben gekregen geeft hij het op en is het stil. We zoeken na Andreas verder naar Tommy, toch één van onze hoofddoelen, maar Tommy is en blijft een uitdaging. Het is één van de slimmere bevers en hij weet heel goed hoe hij eronderuit kan komen. Met de radio apparatuur kan ik hem vrij precies localiseren, maar daar zien we toch mooi geen bever. Zou de proximity logger af zijn gevallen? Of heeft hij een schuilplaats dichtbij? We binden de boot aan een boom vast en gaan te voet op zoek. Het is moeilijk te vinden en we kammen de hele omgeving uit, maar vinden dan inderdaad een klein gat in de grond. Een luchtgat van waarschijnlijk een bever schuilplaats! Na betere inspectie vinden we inderdaad de schuilplaats, maar krijgen Tommy er niet uit. Wel maken we een aantekening dat ze hier een nieuwe schuilplaats gemaakt hebben. Niet veel verderop vinden we Leigh! En ook deze keer weet Christian de bever in één te vangen. We brengen haar naar de kant en met hulp van Roo schuif ik haar in een juten zak. Het klinkt gemakkelijk, maar Leigh is het er niet zo mee eens en maakt het ons absoluut niet makkelijk. Ik merk dat ik eigenlijk steeds minder voorzichtig ben en steeds zelverzekerder omga met de bevers. Misschien wel iets té... Ik steek gerust mijn armen in het net en hou de bever achter de kaken vast, zodat Roo de draaiingen uit het net kan halen zonder het risico om gebeten te worden. Ik merk dat Roo en Christian met veel meer voorzichtigheid en respect te bever benaderen en vasthouden. Tja, ze hebben natuurlijk een geweldig stel tanden en sterke kaken en zijn rond de 20kg power, maar als je het vergelijkt met het vasthouden van een onwillige kat, is dit toch wel een makkie. De bevers zijn meegaander en niet zo flexibel als een kat en ze hebben ook maar één wapen om op te letten in plaats van 5 zoals een kat!

Het is ondertussen al tegen 4en, dus we zetten Christian weer af, zodat hij nog wat kan slapen voordat hij weer college heeft. Roo stelt de standaard vraag die hij meestal rond een uur of 4 stelt; ‘We could go back now... Or shall we do one more round?’. Ik herken dit ondertussen en weet wel dat het betekent dat we nog een paar uur bezig zullen zijn. Ik reageer wel met ‘Going home sounds tempting...’, maar uiteraard vinden we allebei dat we eigenlijk nog niet kunnen stoppen, dus we varen weer stroomopwaarts en gaan op zoek naar Christine en Kollbjorn. Christine zit nog steeds in haar aftakking van de rivier en later verstopt ze zich in de burcht. Maar Kollbjorn weten we wel te vinden! Ik vaar nu, terwijl Roo zowel een schijnwerper, de radio ontvangen en het vangnet probeert te handelen. We achtervolgen Kollbjorn een eind, maar krijgen hem niet in een ondiep stuk om hem te kunnen vangen. We varen nu langs een hoge rotswand met daarboven de weg en al dat steen en metaal beïnvloeden de radio signalen, waardoor we hem niet meer terugvinden. Wel zien we langs de oever opeens twee groene oogjes oplichten. Te groot voor een kat, bever of nerts, maar te klein voor een ree of eland... Verbaasd probeer ik te herkennen wat voor dier er bij de oogjes hoort en als hij tussen de struiken en over de stenen probeert te krabbelen om weg te komen, herken ik het. Het is een das! Die had ik hier nog niet gezien! We varen terug, maar het is nu al licht en alle bevers houden zich schuil, dus we varen door naar de haven. Rond 8 uur ben ik thuis. 

Als ik overweeg of het de moeite is om te gaan slapen of niet, realiseer ik me dat ik in de afgelopen 3 dagen maar zo’n 9 uur geslapen heb, zo’n 22,5 uur veldwerk heb gedaan en bijna 15 uur op het lab heb doorgebracht. Pfoe, dat is wel een moordend schema eigenlijk.
Dus ik duik mn bedje in en slaap tot 12 uur. Dan ga ik naar het International Coffee Hour wat de uni elke vrijdag organiseert. Gezellig om alle internationale studenten weer terug te zien, hun belevenissen van afgelopen week te horen, wafels te eten en te luisteren naar de buitenlandse bandjes die spelen. Veel tijd heb ik niet, want om 14.00 hebben ze op de afdeling koffie en cake voor het afscheid van Roo. Handig, want nu heb ik gelijk ook alle mensen bij elkaar, dus ik maak een afspraak met Frode om maandagochtend op een staart van een dode bever het bloed prikken te oefenen en spreek met Susan af zondag langs te komen om haar huisje en hond te leren kennen, want ze heeft me gevraagd voor haar Weimeraner te zorgen als zij een paar dagen weg is voor de bruiloft van haar zus. Ik zoek ook Bjørn, maar kan hem helaas niet vinden.

Dan maar even langs de winkels en net als ik wil afrekenen, gaan er een aantal bellen rinkelen. Acuut laat iedereen de boodschappen vallen en loopt naar de uitgang. Verbaasd kijk ik om me heen naar de nu onbemande kassa’s en lege winkels. Shit, brandalarm... Met tegenzin zet ik ook mijn mandje met boodschappen neer en begeef me naar de uitgang. Daar moeten we lange tijd wachten en daar heb ik nou juist geen zin in, ik ga dus eerst langs het postkantoor en op de terugweg ga ik opnieuw langs het winkelcentrum wat nu gelukkig weer open is en waar ik mijn boodschappen nog weer terug vind ook! Het zal wel een klein brandje zijn geweest of een oefening misschien, want ik zie nergens schade.

Zaterdag besluit ik een uitrustdagje te houden. Ik herschrijf wel een protocol en lees een artikel met foto’s van dissecties van bevers, maar verder lees ik lekker verder in “The Subtle Knife” (het vervolg op The Golden Compass) en doe weinig bijzonders. ’s Avonds hebben we een afscheidsfeestje voor Roo. Frank, Susan, Frode, Veronica en ik beginnen in de Bull In, een Engelse pub. Het is daar op zaterdag avond lekker druk, maar zoveel lawaai dat we elkaar niet kunnen verstaan. We besluiten naar Kroa Stall te lopen. Voordat we gaan hebben we het erover dat Susan Noors wil leren en dat ik probeer zoveel mogelijk op te pikken, maar niet echt een cursus ga volgen. Aangezien Frank net een boek heeft gelezen over tips en manieren om mensen te leren en te helpen herinneren, besluit hij dit in praktijk te proberen. We richten ons op de kleuren in het Noors, omdat de formulieren met de kleuren van de oormerken ook in het Noors zijn en Susan die dus snel moet leren kennen. Ik heb al met de formulieren gewerkt en had geen moeite met de kleuren, maar doe toch mee voor de lol. Frank zegt dat je een verhaaltje moet maken met allerlei associaties met de kleuren, zodat je die in je hoofd kan afspelen als je het moet herinneren. We beginnen dus in de Bull In, waar Veronica aan komt lopen in een rood jack (=rød). Als we op willen staan komt er een dronken man en Susan vreest dat hij daar zal overgeven, wat we associeren met groen (=grønn). Als we de Bull In uitlopen zien we het uithangboord met daarop de zwarte stier (= svart). We lopen door Bø en bewonderen Frode’s gele/gouden fiets (=gull) in het licht van een grijze lantaarnpaal (=grå). Als we langs het tankstation lopen associeren we verschillende kleuren blauw met de blauwe auto’s daar (licht blauw= Lyse blå en donker blauw= Mørke blå). Hier ga ik nog de mist in, want ik moet licht blauw “lett blå”. Lett is inderdaad ook ‘licht’, maar dan in de betekenis van ‘niet zwaar, maar licht’ of ‘low fat’. Maar “Lyse” is het licht van een lamp of een lichte intensiteit kleur. Ha, toch weer wat geleerd. :)
We lopen verder en komen langs een wit huis. Wit is ‘hvit’, maar om die uitspraak te onthouden bedenkt Frank er een stukje bij. Het witte huis staat ten midden van ‘weed fields’ en ‘hvit’ spreek je ongeveer uit als ‘weed’. Hij komt nu pas echt op gang, dus bedenkt spontaan een grote schaal sinaasappels in een winkel, die er totaal niet staat, maar we doen gezamenlijk alsof en associeren daar natuurlijk ‘oransje’ mee. We komen langs een grasveldje waar overduidelijk twee bruine bankjes op staan, maar nee, dat is te voor de hand liggend. Volgens Frank zien we daar opeens wat bruins en het lijkt precies op een brownie, maaaaar het is een hondendrol! Uitkijken dus, en bruin is ‘brun’. Om af te sluiten komen we langs een verfwinkel, waarvan Susan en ik alle kleuren proberen op te noemen, maar volgens Frank is er heel groot een lila bloem op geschildert en dat is dus ‘lila’. Kroa Stall blijkt dicht, dus we gaan “God Noabor” (de goede buur) in en daar herhalen Susan en ik alles wat we op de wandeling hebben gezien en de bijbehorende kleuren. Heel simpel en kinderachtig spelletje, maar we hebben grote lol. Vanuit daar leren we ook de belangrijkste scheldwoorden en wat andere termen. Als Veronica en Frode naar huis zijn, gaan we nog terug naar de Bull In voor een potje darts. Uiteraard ben ik hier het slechtst in, maar ondanks de drukte in de kroeg voelt niemand zich bedreigd, dus zo erg zal het wel niet geweest zijn. Christian vindt ons in de Bull In en doet mee met de darts en wint met gemak. Tegen 3en gaan we terug, want Roo moet de volgende dag nog wel inpakken en naar Oxford terug reizen!

Daar help ik hem dus zondag mee. Ik neem flink wat spulletjes over die hij niet mee kan nemen, help de bagage inpakken en laadt het in de auto. Roo fietst zelf naar het station en ik breng de bagage met de auto en help hem alles de trein binnen te zeulen. Ben benieuwd hoe hij dat vanaf Oslo allemaal zelf gaan verslepen, maar het zal wel goed komen. Ik vind het wel erg jammer dat hij weer terug gaat naar Oxford. We hebben super fijn samen gewerkt de laatste weken en het veldwerk zal toch wel erg anders zijn zonder Roo...

’s Middags rijd ik naar Susan die samen met 2 anderen in een heel leuk houten huisje woont op de heuvel. Ik maak kennis met Takara, haar Weimeraner teef. Ik heb niets met Weimeraners en al helemaal niet met korthaar Weimeraners, maar Takara is erg vriendelijk en we mogen elkaar wel. Na een korte uitleg over haar eten, medicijnen, etc. gaan we een stuk wandelen. We hadden besloten dat zondag te doen, omdat er zaterdag regen was voorspeld, wat er dus natuuurlijk toe leidde dat we zondag in de regen liepen. Hahaha. Maar het regent niet hard, dus we trekken ons er niets van aan. Het is schitterend, ik hou echt van de Noorse natuur! We raken van het pad af en verdwalen een beetje, maar vinden na wat omwegen weer een pad en Susan herkent het wel weer. Na afloop eten we lekker warm en droog binnen wat spaghetti voordat ik weer naar huis ga. 

Maandag begint vroeg. Netjes om 8 uur sta ik klaar voor Frode’s kantoor. Hij heeft een beverstaart uit de vriezer gehaald en laat Susan en mij zien waar we het beste bloed kunnen tappen. Ventraal in het midden van de staart raadt hij aan. Ik vind het wel wat eng, aangezien je dan vlak boven de wervelkolom werkt, maar na wat oefenen voelen zowel Susan en ik ons er vrij zeker van dat we dit in de praktijk kunnen brengen!
Frode moet gelijk door, dus ik breng de staart weer naar de vriezer en duik het lab in. Ik heb ondertussen een sleutel bemachtigd van de meeste laboratoria en klaslokalen en dat komt nu ook weer van pas. Ik doe extracties van 12 mest samples. Nu ik alle benodigdheden bij elkaar heb gaat het een stuk vlotter. Wel is het vortexen van 12 samples tegelijk nog steeds een gedoe. Als je goed kijkt op onderstaande foto kan je 6 verschillende magneetplaatjes zien waar samples op staan te vortexen. Ik neem de hele tafel in beslag, maar ach er zijn hier nu toch geen lessen!


Iets na het middaguur heb ik de extracties klaar en wil ik door om de extracten voor te bereiden op de EIA, zodat we die eind van middag aan kunnen zetten. Er blijkt echter maar één iemand te zijn die dat apparaat kan programmeren en diegene is ziek... Shit... Extracten dan maar in de vriezer en thuis verder werken. Hopelijk is hij er morgen!

Geen opmerkingen: