zondag 24 augustus 2008

Rustige week met wat pech

Ohoh, de klad komt er al bijna in te zitten! Alweer een week sinds het laatste bericht. Nou was deze week ook wat minder spannend en afwisselend, dus minder uitnodigend om over te schrijven.

Maandag begon wat verontrustend. Bij het wegrijden van de parkeerplaats gaat het sturen erg zwaar. Als ik iets door een weerstand heen lijk te trekken, gaat het sturen weer soepel, maar vrij snel wordt het weer zwaarder... Oei, ik heb deze auto net 2 weken en nu al problemen?
Tegen 12 uur volg ik op de universiteit een college “Introduction to Telemark” georganiseerd voor internationale studenten. Ik was wel benieuwd wat ze daar nou over vertellen. De spreekster was een Schotse die al zo’n 20 jaar in Telemark woont. Ze spreekt uiteraard erg goed engels, maar weet ook op een leuke en boeiende manier te vertellen. Wat historie, wat gebruiken, wat natuur, wat cultuur, de mooiste plekjes, etc.. Ze hebben zelfs wat flatbrød (plat brood dus, vrij vertaald ;)) meegenomen om ons te laten proeven.

Veel tijd op de uni deze week. Dus hier wat fotootjes voor een impressie: De voorkant van de uni, de hal en het terras bij de kantine met daarachter de gekke schaap-trollen zoals Roo de kunstwerken gekscherend noemt. :)

Hierna heb ik wat tijd over en ga op zoek naar Frode en Mona. Twee namen die Frank en Roo meerdere keren hebben laten vallen. Mona vind ik als eerste. Zij gaat over de genetica. We babbelen wat en ze belooft me te mailen als ze in het lab aan de slag gaan. Ze hebben sowieso nog wat monsters liggen om te genotyperen, maar daarnaast gaat mijn interesse vooral uit naar de plannen om nieuwe microsatelliet markers te ontwikkelen voor Europese bevers. Ze hebben nu de markers voor de Amerikaanse bever uitgeprobeerd en ook al werk het merendeel wel, de polymorfisme is laag, veel lager dan voor de Amerikaanse bever, en sommige merkers zijn zelfs monomorf. Dat is dus niet bruikbaar voor analyses en gedegen genetische studies. Het optimaliseren van de protocollen kan dit wel iets verbeteren, maar daar kan je ook geen wonderen van verwachten, dus zijn er plannen om nieuwe micro’s te ontwikkelen. Iets wat ik nog niet eerder gedaan heb en wat me erg interessant lijkt om aan mee te werken! Waarschijnlijk zou ik dat dan samen met een andere MSc student doen, wat me een prima plan lijkt.
Tevreden loop ik door naar Frode. Hij is de technische man van de afdeling geloof ik en hij zal dus regelen dat er een trekhaak onder mijn auto komt, zodat ik een aanhanger met boot kan meenemen voor veldwerk. Daarnaast had ik begrepen dat hij ook over de hormonen ging, maar dat blijkt tegen te vallen. Dat was wel het plan, maar door tekort aan tijd is hij er nooit aan begonnen. Ze hebben er dus niets aan gedaan en hij lijkt ook niet echt enthousiast om daar op korte termijn aan te beginnen. Hij heeft wel twee protocollen voor me en belooft me die te mailen (alleen blijken ze achteraf in het Noors, wat ik toch weer minder handig vind).


Om 2 uur zijn er ‘activities with guides’ volgens het programma voor internationale studenten. Lekker vaag. De studenten verzamelen zich voor de uni. Tanya is daar ook en ze besluit met onze groep mee te gaan. We lopen naar Güllbring en het lijkt een tour te worden zoals gisteren. Ik twijfel, want dat vind ik toch een beetje zonde van mijn tijd. In Güllbring zelf kan ik de fitness zalen en sporthallen nu wel beter bekijken, wat er allemaal top uit ziet, maar de prijs weerhoudt me voorlopig om lid te worden. De tour zal uiteindelijk uitkomen bij Kroa, de studentenclub, die een eindje buiten Bø ligt. Tanya en ik slaan de rest van de tour over en rijden met de auto naar Kroa. Ik weet nu in ieder geval waar het is. We drinken wat, eten hotdogs van de grill (iets wat ze hier in Noorwegen erg veel lijken te eten, naast hun geliefde pizza. Tja, culinair zijn ze niet erg hoogstaand hoor.), krijgen wat informatie over Kroa, en kletsen wat. Tanya voelt zich niet zo lekker, dus we gaan vroeg weer naar huis, waardoor ik ook nog wat literatuur kan lezen.
’s Avonds ga ik terug naar Kroa voor de openingsdisco. Op Tanya’s fiets gaat het bergafwaarts super snel naar Kroa toe. We kunnen gratis naar binnen, ik kom op één of andere manier onder het geld voor de garderobe uit en krijg gelijk een gratis drankje aangeboden. Ha, zo blijft stappen in Noorwegen toch nog leuk! Na gezellig wat te dansen, kletsen en drinken, ga ik wel enigszins op tijd naar huis, want ik wil dinsdag proberen uit te vogelen wat er mis is met de auto. De terugweg valt wel enigszins tegen; uit de warme drukke club in de koude nachtlucht tegen de berg op. Maar ff doorzetten en dan ben ik zo thuis.


Ik sta iets later dan ik had bedoeld, maar ga toch redelijk op tijd naar de garage. Onderaan de heuvel is een tankstation met garage erbij, waar in grote letters ‘service’ op staat. Daar parkeer ik dus, maar er is niemand. In het tankstation vraag ik naar openingstijden oid, maar ze kijken we stomverbaasd aan. Hun uitspraak van ‘service’ (v=w en de klemtoon ligt anders) krijg ik niet voor elkaar en de engelse versie van ‘service’ snapt hij niet. Na wat handen en voeten communicatie, belt ie iemand op en belooft me dat ze me binnen een kwartier helpen. Na 25min wachten loop ik weer geirriteerd naar binnen, ik hoef niets te zeggen en hij begint al te bellen. Er komt iemand aan, belooft hij. Ik wacht opnieuw en uiteindelijk komt er inderdaad iemand. Nadat ik het probleem 3x heb uitgelegd (steeds iets langzamer en in simpelere zinnen) lijkt hij me te begrijpen en bekijkt de auto. Na het uitsluiten van de simpelste dingen (vloeistofpeil e.d., wat ik zelf ook gecontroleerd had) besluit hij dat het waarschijnlijk de pomp is en verwijst me door naar een garage iets buiten Bø. Ik bedank hem, rijd naar de andere garage, moet daar uiteraard 10 minuten wachten en dan blijkt dat ze pas over 1,5 week op zijn vroegst tijd hebben om er naar te kijken. Nou nee, bedankt. Dus ik rijd door naar garage nummer 3, ietsje verder buiten Bø. Een Honda dealer. Ook daar word ik gevraagd te wachten en word er iemand voor me gebeld. Als hij dan komt, werpt hij een hele korte blik op de auto, trekt wat aan het stuur en verwijst me dan onmiddelijk door naar de Subaru dealer in Notodden. Zucht, ik begin sterk het gevoel te krijgen van het kastje naar de muur te worden gestuurd. Maar goed, ik heb weinig keus, dus bel de garage in Notodden en die blijken wonderbaarlijk tijd voor me te hebben, dus ik rijd gelijk door. Na een half uurtje rijden, waarbij de auto af en toe zwaar stuurt, maar overwegend prima rijdt, vind ik de Subaru dealer. En ja hoor... of ik even wil wachten... argghh... Weinig keus, dus ik wacht. Na een kwartiertje komt een monteur met mee. Opnieuw kort kijken, vloeistof peil controleren, motor starten, wat sturen en wat kijken met een zaklampje. Binnen een paar minuten is hij klaar en concludeert dat het waarschijnlijk de pomp is. Verbijsterd door zo’n korte diagnose vraag ik wat dat dan inhoudt. De pomp moet vervangen worden. “Ok, en de kosten?” vraag ik sceptisch. We lopen naar binnen waar een prijsopgave voor me gemaakt wordt. Het resultaat; 9700 noorse kronen. Ik reken het snel om en kijk ze in volle verbazing aan. Ruim 1200 euro?? Verontschuldig glimlachend knikken ze. Ik leg uit dat dat echt geen optie is en dat er vast een goedkopere manier moet zijn. Na wat pushen en zeuren, noemen ze de lokale sloop die goedkopere onderdelen kan leveren. Dat zou de prijs laten dalen tot ongeveer 3500 noorse kronen. Al een hele verbetering. Ik vraag ze dat sloopbedrijf te bellen, wat ze dan ook doen. Terwijl de sloop gaat nakijken of ze wat hebben, laat ik ze gelijk maar even voorrekenen wat het verwisselen van een distributieriem zou kosten, aangezien dat ook binnenkort moet gebeuren. 11567,68 Noorse kronen is het duizelingwekkende resultaat. Dat is 1458,19 volgens mijn telefoon. Onvoorstelbaar. De monteur verzekert me wel dat het echt belangrijk is de distributieriem tijdig te vervangen, maar het vervangen van de pomp voor de stuurbekrachtiging is volgens hem minder dringend. Het is toch al kapot, dus ermee rijden kan geen kwaad, het is alleen wat zwaar sturen. Als dan de sloop meldt dat ze geen bruikbare pomp hebben, besluit ik te vertrekken. Over de reparatie’s moet ik maar even nadenken. Als het toch niet zo dringend is, zijn er meer mogelijkheden.

’s Middags mailt Frank me om langs te komen. Als ik Frank’s kantoor binnen kom zie ik dat hij in gesprek is met iemand anders. Ik stel al voor later terug te komen, maar dit blijkt Susan, de nieuwe PhD student, te zijn en Frank wil juist dat we kennismaken. Vanaf het eerste moment mag ik Susan en we praten en overleggen prettig. Net als de eerste keer dat ik bij Frank kwam, is hij weer een wervelwind van plannen en enthousiasme. Zowel Susan als ik komen uiteindelijk met grote stapels artikelen en boeken naar buiten. Ons ‘huiswerk’ zoals we het noemen. ;) Frank weet wel eindelijk te regelen dat ik toegang heb tot de computers!
De rest van de middag en avond stort ik me op de literatuur die Frank me gegeven heeft. Ik zoek de meesten op internet op en selecteer wat artikelen om te kopieren. Ik voel wat lichte keelpijn opzetten voordat ik naar bed ga.
Ja hoor, woensdag word ik wakker met keelpijn en lichte hoofdpijn. Ik heb een wat rustiger dagje, waarbij ik de laatste artikelen van Frank’s ‘huiswerk’ opzoek en begin met het lezen van alle nieuwe literatuur. Ik ga langs de uni om de artikelen terug te brengen en wat dingen te kopieren, maar Frank is er niet.

Donderdag tref ik Frank wel. Ik krijg een kopieer code, dus dat is nu ook geregeld, we kijken samen mijn stage contract door en praten weer bijna een uur over alle mogelijkheden. We proberen dit zo op te zetten dat ik de resultaten kan publiceren, iets waar ik zeker interesse in heb. Daarnaast geef ik aan me wat onzeker te voelen over het hormoon werk aangezien ik daar zelf geen praktijk ervaring in heb en blijkbaar niemand op deze afdeling heeft dat. Frank overweegt dan een tripje naar Oxford voor me te regelen zodat ik daar wat kan leren over de endocrinologie en contacten kan leggen waar ik gedurende het onderzoek vragen aan kan stellen. Uiteraard reageer ik hier erg enthousiast op!!! Ben heel benieuwd of dit gaat lukken, maar het lijkt me een goede ervaring en mooie kans!
Om half 4 ga ik met de internationale studenten mee naar iets wat ze ‘Slettelibergja’ noemen. In twee bussen rijden we naar de bergen. We parkeren op exact dezelfde plek als waar we zaterdagavond hebben geparkeerd en we nemen het zelfde pad naar boven. Ik dacht dat dat ‘Bryggefjell’ heette. Maar dat blijkt de volledige berg te zijn en niet die ene plek. Nou ja, het zal wel. Het is perfect weer, droog, zonnetje en zo’n 20 graden. De groep wordt geleid door een Noor met muziek instrument. Boven vergaapt uiteraard iedereen zich aan het uitzicht, wat wederom schitterend is.


Dan krijgen we uitleg over het instrument wat de Noor mee heeft. Het is een “Hardanger fiddle” en hét instrument van Telemark voor ‘folk music’. We krijgen ook een uitgebreide demo. Wie het leuk vindt, speel het filmpje hieronder af en vergeet je boxen niet aan te zetten!



Daarna eten we baguettes zoals ze het hier gewoon op zijn Frans noemen. Wie het leuk vindt, kan nog een stukje verder mee naar boven wandelen. De volledige wandeling naar de top duurt zo’n 4 uur, maar wij doen het begin stukje. Door bossen, over rotsen, beekjes over stekend en volop bramen plukkend lopen we naar boven. Het groepje wat mee gaat wordt steeds kleiner en uiteindelijk zijn het voornamelijk de ‘Outdoor Life’ studenten die nog meelopen.We draaien om, nemen dezelfde weg terug en gaan terug naar de bussen.

Vrijdag voel ik me echt beroerd. De verkoudheid is nu niet meer te ontkennen en ik heb lichte koorts. Ik werk wat aan literatuur, maak in de universiteit kennis met het hoofd van de afdeling en kom nog meer administratieve problemen tegen (zolang ik geen studenten-status heb, mag ik ook niet in de uni-busjes zitten bijv...), maar daar beloven ze een oplossing voor te zoeken. De rest van de dag doe ik weinig en hoop snel uit te zieken.

Zaterdag is het niet veel beter. Ik had gepland naar de sport activiteiten op de uni te gaan en ’s avonds naar Kroa, maar met lichte koorts, licht intolerantie en overal spierpijn is dat niet aantrekkelijk. Ik beperk me tot een wandeling naar de waterval en schrijf de introductie voor de paper af. Tanya en Mike vragen me ’s avonds mee te gaan naar de bergen, maar ik zie ook daar van af. Tanya geeft me een pakje Russische medicijnen. Ik ben eerst wat teurghoudend en voorzichtig, maar besluit het dan maar te proberen. Het eerste tablet weet inderdaad mijn hoofdpijn te verminderen en ik slaap redelijk.

Zondag lijkt de verkoudheid wat minder, maar het is nog lang niet weg. Een rustig dagje; ik maak wat wandelingen door de omgeving, geniet van het geweldige weer, schrijf wat aan een paper wat ik dit najaar hoop te publiceren en lees mijn boek uit waar ik vorige week aan ben begonnen (Northern Lights van Philip Pullman, aanrader!).




Vannacht haal ik om 01.10 Roo op van het station. Onchristelijk tijdstip, maar met al die bagage kan hij wel een lift gebruiken. Ik heb een kamer voor hem geregeld in hetzelfde gebouw waar ik zit.

Morgen zal ik dan langs de uni gaan voor de contracten, verzekeringsproblemen, e.d. en waarschijnlijk gaan we ’s avonds de rivier op met een groepje studenten. Afhankelijk van hoeveel boten we beschikbaar hebben, gaan Roo en ik mee om te helpen de studenten uit te leggen over het veldwerk of we gaan later (rond middernacht) als de studenten naar huis gaan en wij de boten overnemen voor echt veldwerk. De plannen zijn nog niet definitief en ook al heb ik echt zin om weer het water op te gaan, de weersvoorspelling drukt het enthousiasme weer met plaatjes vol met regen... Normaal teken ik ervoor als het ’s nachts regent en overdag droog is, maar dat is nu toch minder prettig...

Verder heeft Shuxin me aangeboden me ’s middags mee te nemen om kersen te plukken, nadat ik zo enthousiast reageerde op de kersen die ze voor me meebracht gisteren. Ben benieuwd, zelf geplukt fruit is toch anders dan uit de winkels!

Geen opmerkingen: